05-04-2022
KAN DIT WEL?
Nee, een foto van je geslachtdeel – hoe klein deze wellicht ook is – naar je collega sturen mag niet. Ook de afzender zelf zal dit, zo mogen we hopen, diep van binnen wel beseffen. Veel ander gedrag is moeilijker te definiëren als ontoelaatbaar. En dus waren we allemaal getuige van het welles/nietes-spelletje bij politieke partij Volt. Waarbij degene die beschuldigd werd van onfatsoenlijk, agressief en buitensporig gedrag stelde zich van geen kwaad bewust te zijn.
Voorkomen is beter dan genezen. Wanneer we dit niet als ‘tegeltjeswijsheid’ zouden afdoen, maar echt zouden naleven, zou er heel wat ellende bespaard kunnen blijven binnen politieke partijen, organisaties en bedrijven. In plaats van achteraf elkaar in de rechtbank te lijf te gaan, kunnen we beter vooraf met elkaar het gesprek aangaan over de vraag hoe we überhaupt integer met elkaars lijf omgaan. Wat verstaan wij als toelaatbaar en wat als ontoelaatbaar gedrag? Om vervolgens duidelijke richtlijnen op te stellen waaraan iedereen zich dient te houden.
Voor uitgeverij Thema schreef Christien Smit bijna honderd situatiekaarten die uitstekend dienen als opmaat voor een goed gesprek. Aan de orde komen de thema’s seksuele intimidatie, discriminatie, pesten en treiteren en racisme. Waarbij telkens de vraag: kan dit wel?
Laten we er een aantal kaarten bij pakken.
‘Een collega wordt niet gevraagd voor de lunch’.
Natuurlijk is het gemakkelijker alleen aan tafel te schuiven met de collega’s met wie je een natuurlijke klik hebt. Kun je het echter maken om standaard een bepaalde collega niet mee te vragen naar de kantine, terwijl de rest van het team de kantoortuin verlaat om te gaan lunchen? Samen het gesprek hierover aangaan, is samen tot conclusies komen.
‘Twee collega’s hebben een relatie. Een van hen is getrouwd.’
Een spannende vraag, waarin het gesprek direct kan leiden naar hoe om te gaan met relaties op de werkvloer – of collega’s nu gehuwd zijn of niet. En hoe zit het met geflirt in de kantoortuin of bedrijfsfeestjes? En ook nu: beter van tevoren het gesprek aangaan, dan achteraf stront aan de knikker.
‘Een homoseksuele collega wordt gevraagd zijn / haar voorkeur verborgen te houden in contact met klanten’.
Ook nu weer een vraag die tot een lang, vruchtbaar gesprek kan leiden. Voelen leden van de LBGTQ+ gemeenschap zich überhaupt wel geaccepteerd op het werk? Is er werkelijk sprake van diversiteit en inclusie binnen de organisatie? En wat kan eraan gedaan worden om iedereen te laten weten dat zij mogen zijn wie zij zijn? En ga zo nog maar even door.
Wat nu wanneer ze binnen Volt – en waar dan ook waar het de afgelopen tijd verschrikkelijk misging – dit gesprek eerder met elkaar hadden gevoerd? Of, zoals ik steevast roep in trainingen: stop in hemelsnaam met het doen van die eeuwige aannames, maar ga met elkaar in gesprek. Mogen we aan elkaar zitten in een jolige, dronken bui? Mogen we collega’s uitsluiten van vergaderingen? Mogen we onze stem verheffen wanneer we het niet met een collega eens zijn?
Ik wens iedereen een mooi gesprek toe. Met de broek aan en de handjes thuis.
Kan dit wel?
Christien Smit
Koop de kaarten hier