Trainingen, coaching, lezingen en consulting waar iedereen blij van wordt. Leidinggevenden en medewerkers!

ZO WORD JE GRAPPIG

24-06-2022

ZO WORD JE GRAPPIG

ZO WORD JE GRAPPIG

Afgelopen week trouwde mijn oudste nichtje. We zaten met meer dan zestig genodigden aan twee lange eettafels in de imposante tuin van haar schoonouders. Gelukkig was er geen tafelindeling en kon ik er dus voor zorgen tegenover mijn broer David plaatst te nemen. Niet dat ik niet bij een onbekende wilde zitten (hoewel…), maar omdat je met David verzekerd bent van goede grappen. En dit zonder dat er nog maar een druppel alcohol is geschonken. Mijn broer heeft de gave van het ad rem uit de hoek komen. Geen ingestudeerde grapjes dus, maar spontane opmerkingen.

Tijdens het diner werden diverse toespraken gehouden. Natuurlijk wordt bij bruiloften om vrijwel elke opmerking gelachen (en in onze familie ook gehuild), maar een van de sprekers onderscheidde zich van de andere goede sprekers. Een vriend van de bruidegom bleek in staat om ons tien minuten lang in vrijwel elke zin die hij uitsprak aan het lachen te krijgen. Met een stalen gezicht – alsof hij niet doorhad dat hij grappig was – kreeg hij iedereen onder de tafel. Ronduit geniaal.

In de lezingen die ik geef, heb ik gemerkt hoeveel kracht er zit in het hard samen kunnen lachen. Nu kan ik wel gevatte opmerkingen maken, ik ben geen moppentapper. Ik was dus wel benieuwd naar het boek ‘Zo word je grappig’ van Marc Gulikers. En nee, de auteur is geen cabaretier, maar een jurist en bedrijfseconoom. Hoe grappig kan dit boek zijn, vroeg ik mij bij het openslaan daarom af. De gasten op het terras waarop ik zat toen ik dit boek las, hebben het geweten. Meer dan eens kon ik een harde lach niet onderdrukken. Ze zullen mij vast wat verbaasd hebben bekeken. Ik leek daar in mijn eentje meer lol te hebben dan zij met hun gezelschap.

Maar hoe worden we dan grappig? Is humor werkelijk aan te leren? Volgens Gulikers is humor “geen door de goden gegeven gave”, maar kan iedereen het aanleren om anderen aan het lachen te maken. Hij haalt een gedragswetenschappelijk onderzoek aan waarin het volgende wordt gesteld: “Humor is een vaardigheid die je kunt versterken door hem te gebruiken en door gerichte training. Net zoals we onze spieren trainen in de sportschool.” Als voorbeeld hiervan wijst Gulikers op professionele cabaretiers die weliswaar doen alsof ze spontaan grappen bedenken (een kunst op zich), maar hun voorstelling tot in de puntjes hebben voorbereid en geoefend. Voordat zij aan hun theatertoer beginnen, proberen ze grappen eerst uit op een geselecteerd publiek. Grappen die niet aanslaan, worden geschrapt en anderen worden wat aangescherpt.

Dit laatste gebruik ik zelf overigens ook in mijn eigen lezingen en trainingen. Bij lezingen die ik vaker geef, weet ik inmiddels welke grappen steevast aanslaan en welke ik beter maar niet meer kan gebruiken. Zaak is in ieder geval de grap te vertellen alsof hij spontaan bij je opkomt en je hem dus nooit eerder hebt verteld. En, zo stelt Gulikers: “Voor geslaagde humor heb je een onderwerp nodig dat je persoonlijk raakt. Een onderwerp moet je echt irriteren, verontrusten, vermoeien, enzovoort.” Of, zoals cabaretier Judy Carter het zegt: “Toehoorders reageren niet op woorden, maar op gevoelens.”

Als professional kunnen we alleen grappig worden door humor bloedserieus te nemen. Natuurlijk zijn er de spontane grappen (onthoud de grappen die aanslaan!), maar grappen kunnen ook worden voorbereid, of eigenlijk geboetseerd, zoals kunstenaars vanuit een homp klei een kunstwerk kunnen vormen.

In ‘Zo word je grappig’ biedt Gulikers enkele gereedschappen voor dit boetseerwerk. Zo moeten luisteraars zich in het onderwerp van de grap kunnen identificeren. “Herkenbaarheid voor het gehoor is essentieel.” Ook werkt humor het best wanneer er een verrassingselement in zit. “De punchline van het verhaal moet onverwacht komen. Het is de verrassing die voor de lach zorgt.”

Goed, tot dusver viel er in dit blog over dit boek over humor nog niets te lachen. Laat me daarom afsluiten met twee grappen uit ‘Zo word je grappig’ die mij op het terras wat verbaasde blikken van omstanders opleverden. Eerst een goed voorbereide grap van cabaretier Theo Maassen en daarna een spontane opmerking van premier Winston Churchill.

‘Bono van U2 klapt tijdens een concert altijd op een gegeven moment ritmisch in zijn handen en roept vervolgens: “Iedere keer als ik in mijn handen klap, sterft er ergens ter wereld een kind.” Dan ik denk: stop dan met klappen, lul.’

Politica Nancy Astor had het vaak niet erg op Winston Churchill en zei tijdens een debat eens: “Als ik uw vrouw was, zou ik gif in uw thee doen!” Churchill reageerde direct: “Als ik uw man was, zou ik het nog opdrinken ook!”

Broer David had hem kunnen maken.

 

Zo word je grappig
Marc Gulikers

Koop het boek hier 

Ontvang een gratis e-book over Dienend Leiderschap, krijg je laatste blogs over leiderschap en storytelling in je inbox en mis niets! Meld je hier aan… >>

Henk Jan Kamsteeg was jurylid van managementboek van het jaar, schreef acht boeken over leiderschap en storytelling en is spreker over onderwerpen als dienend leiderschapinclusief leiderschap en storytelling. Regelmatig publiceert Henk Jan op deze site boekbesprekingen.

Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor het laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie.