15-01-2021
RECENSIE: NEGEN LEUGENS VAN DE WERKVLOER
Als jurylid van het managementboek van het jaar 2021 – dat gaat over boeken die in 2020 uitkwamen – had ik het voorrecht zo’n honderd boeken te mogen lezen en beoordelen. Als afwisseling las ik nu ook het boek ‘Negen leugens van de werkvloer’ van Marcus Buckingham en Ashley Goodall, dat niet meedingt, omdat het een vertaling is en omdat het in 2019 uitkwam. Nuttig was het lezen van ‘Negen leugens’ wel, omdat het lijnrecht ingaat tegen veel beweringen die ik in vele andere boeken tegenkwam.
Zonder nu al te veel te kunnen zeggen over de boeken die mij wel of juist niet aanspraken – de longlist wordt in februari door managementboek.nl bekend gemaakt – viel mij op dat veel auteurs in hun boeken uitgaan van bekende theorieën en aannames. Buckingham en Goodall draaien de boel op sommige gebieden echter radicaal om. En dit niet omdat zij per se recalcitrant willen zijn, maar omdat keiharde cijfers uit uitvoerig onderzoek nu eenmaal anders uitwijzen. Drie van de negen besproken ‘leugens’, of beter: klakkeloos nageprate aannames, op een rijtje.
1) Het kan mensen iets schelen voor welk bedrijf zij werken
Ja, zou ik zelf in eerste instantie beamen. Ik werk als Company Coach bij AAme, omdat ik eenzelfde visie deel op het gebied van dienend leiderschap. En ja, ik werk als storyteller voor International Justice Mission, omdat ik geloof in de missie van IJM om een eind te maken aan slavernij. En toch… Wat zou ik doen als het team waarin ik werk mij tegenvalt? De auteurs zijn er duidelijk over: we solliciteren misschien om de aard van het bedrijf, maar besluiten te blijven of te gaan om het team waarin we werken. En wat hierin als belangrijk wordt ervaren, is onder andere dat andere teamleden ook enthousiast zijn, achter je staan wanneer je back up nodig hebt en iedereen helder is wat de purpose van het bedrijf is.
2) Het beste plan wint
Niet het doel dat je leidinggevende in het begin van het jaar vaststelt, bepaalt succes. De ideeën van de werkvloer bepalen of je bereikt wat je moet bereiken. Wat hiervoor volgens de auteurs nodig is, is regelmatig contact tussen leidinggevenden en medewerkers. Hetgeen ook een positieve impact heeft op de betrokkenheid van de laatste groep. “Teamleiders die elke week inchecken zien gemiddeld een toename van betrokkenheid van het team van 13 procent, maar wie dit maar een keer per maand doet, oogst een 5 procent afname in betrokkenheid.” Buckingham en Goodall gaan zelfs zo ver door te stellen dat frequentie belangrijker is dat de kwaliteit van de gesprekken. Of in andere woorden: “Twee keer per jaar tandenpoetsen, maar dan extreem goed, is vrij absurd.”
En, omdat dit ook al jaren mijn overtuiging is, nog een citaat: “Als het idee van wekelijkse check-ins je verveelt of frustreert, prima – maar wees dan in vredesnaam geen leider.”
3) De beste bedrijven storten hun doelen van bovenaf over je uit
Nu wordt er in veel managementboeken geschreven over het belang van duidelijk gestelde doelen. Maar de auteurs stellen het volgende: “Er bestaat geen enkel onderzoek dat uitwijst dat als iemand boven je een doel voor je stelt, dit stimuleert tot grotere productiviteit. Sterker nog: de aanwijzingen die we hebben lijken te duiden op het tegenovergestelde.”
Niet opgelegde doelen, maar een duidelijke purpose maken het verschil. Waar medewerkers behoefte aan hebben, is een gevoel van betekenis. Waarom doen we wat we doen? “Je hoeft mensen niet te vertellen wat ze allemaal moeten doen; ze willen weten waarom.”
De andere leugens?
– De beste mensen zij allrounders
– Mensen hebben feedback nodig
– Mensen kunnen anderen op betrouwbare wijze beoordelen
– Mensen hebben potentieel
– De balans tussen werk en vrije tijd is het allerbelangrijkste
– Leiderschap is iets.
Negen leugens van de werkvloer
Marcus Buckingham en Ashley Goodall
Koop het boek hier